maandag 29 juni 2015

Zachtjes wuift het gras

Margrieten, vrouwenmantel 
en moederkruid.
Het is zomer als de margrieten bloeien. En de eerste zonnebloem, daglelie, waterlelie en wolken geelgroene vrouwenmantel. De teunisbloemen vouwen 's avonds weer open. We kunnen weer snoepen van de frambozen, zo uit het vuistje het lekkerst. De bessen hangen te rijpen onder het blauwe net. Ongelooflijk hoe alles toch groeit en bloeit ondanks de droogte. Onder de fruitbomen wuift het gras zachtjes heen en weer in het zomerbriesje, hier wordt voorlopig alleen een paadje gemaaid. Gewoon gras zou je denken maar toch zie ik veel verschillende pluimen. In de borders staan verschillende siergrassen, twee er van bloeien nu al, anderen gaan pas eind zomer, begin herfst bloeien. 






Struisriet 

Kaarsrecht diepgroen blad met grijsrode pluimen, 125 - 175 cm hoog, dat is struisriet of Calamagrostis 'Karl Foerster'. Een vochtige, zonnige plek wordt aanbevolen voor deze graskanjer. In Hof van Jaantje, kleigrond, groeit de plant bijzonder goed. Ik heb vorig voorjaar stukken afgestoken van de eerste planten en in een andere border geplant. Het eerste jaar groeiden ze voorzichtig maar nu zijn het al weer mooie forse planten. De reuzenscabiosa (Cephalaria gigantea) piept er met de lichtgele bloemen net bovenuit. Alleen bij plensbuien heb ik het struisriet wel eens op moeten binden, verder kan het goed op eigen benen staan. Naar de herfst toe drogen de bloempluimen op en worden goudgeel, blijft tot in de winter mooi. In het voorjaar knip ik de graspollen met de heggenschaar tot 15 à 20 cm af en al snel komt het frisse groen weer tevoorschijn. 

Struisriet en reuzenscabiosa, linksboven het grasje Deschampsia 'Goldschleier' 

Gewone smele

Het andere grasje wat nu al bloeit is gewone smele of Deschampsia cespitosa ‘Goldschleier’. Uit een nogal onopvallende, stekelige donkergroene graspol groeit een fontein aan geelgroene pluimen die later goudgeel opdrogen. Een niet veeleisende plant die overal lekker tussen kan staan. In het najaar is het heel makkelijk te vermeerderen: graspol uitspitten en uit elkaar pulken, tot heel veel kleinere grasplantjes en die weer op een andere plaats planten. Op zich is het een goed winterharde plant maar toch verdwijnt er wel eens een en dan is het fijn om wat nieuwe planten op voorraad te hebben. Zo raakte ik er dit jaar twee kwijt omdat mieren er hun nest in hadden gemaakt. 

Gras komt natuurlijk vooral spontaan op in de tuin, overal waar we het niet willen hebben. Maar zo ontstond er wel een toevallig mooie combinatie van prikneusjes (Lychnis coronaria) en gras. De prikneusjes zijn overigens ook zomaar aan komen waaien. Voorlopig geniet ik nog even van hun onverwachte gezelschap.  

Gras en prikneusje


Smele-gordijn

    


Zicht op de border met struisriet en gewone smele.

Grassen weven zich overal lekker tussen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Ik vind het leuk te weten wat je van mijn blog vindt, schrijf gerust een berichtje.